dinsdag 1 november 2016

Marokko, dag 2. Casablanca en Rabat, 1 november 2016

Marokko, dag 2, 1 november 2016. Casablanca en Rabat

Gisterenavond even de buurt in geweest om bij een supermarktje water te halen, want hier kun je geen water uit de kraan drinken. Het was gigantisch druk op straat, om naar de overkant te komen begon je gewoon te lopen en hield je af en toe in om een auto door te laten.  
Het hotel is tamelijk versleten, het schijnt gerenoveerd te zijn, dus ik wil niet weten hoe het er daarvoor uitzag.  



We stapten de eerste keer uit de lift op zoek naar onze kamer, maar de verlichting scheen telkens een paar seconden en dan werd de hal weer in duisternis gehuld. Met een zaklampapp hebben we alle deuren beschenen tot we onze kamerdeur zagen. Recht tegenover de lift, dus met een sprintje kunnen we het nog in het licht halen. Het raam sluit niet, maar blijft gelukkig wel dicht zitten. Het is een pokkeherrie buiten van verkeer. Dit is ons "sprookjesachtige"  uitzicht:


Om half  7 werden we op de 7e verdieping verwacht voor wat informatie over de reis en daarna konden we meteen door naar het diner. Dat was prima, allerlei rauwkost, kip, vis, groente, rijst en pasta. 

Na een hele goede nachtrust waren we vroeg in de ontbijtzaal, als enigen. En dat bleven we ook. Daarna maar even De Limburger gelezen en de koffers op de gang gezet. Mustafa verscheen in een wit gewaad, opvallend was hij wel.



We reden om half 9 weg naar de Hassan 2 Moskee. Een enorme moskee, gebouwd in 7 jaar tijd en voltooid in 1993. Er zijn een heleboel kunstenaars bezig geweest om het gebouw te verfraaien met houtsnijwerk en gipsen ornamenten. 


1/3 van de moskee staat op palen in de zee. Omdat het zo dicht op de oceaan staat en ze niet willen dat het gebouw aangetast wordt door het zout is alles van marmer gemaakt en alle ijzerwerk van titanium. Het mocht wat kosten.


De moskee is gigantisch, er kunnen 150.000 gelovigen in. Mannen beneden, vrouwen boven op de galerij.



Beneden is de wasruimte waar men voor het gebed gezicht, handen en voeten wast.


Ook is er een haman, maar deze is nooit in gebruik genomen vanwege de ontzettend hoge energiekosten.



Langs het park reden we vervolgens naar een katholieke kerk met 800 m2 aan glas in lood ramen. Ik vond de kerk lillik maar het glas was prachtig.




Daarna was het tijd voor koffie, want bij het ontbijt hadden we koffie waarvan ik eerst dacht dat het thee met melk was en daarna bleek het dus gewoon water te zijn waar 2 koffiebonen doorheen gevlogen waren.
Bij de koffie een chocolade caramel gebakje, want hee, vakantie he.

De volgende bezienswaardigheid was het gemeentehuis in Moorse stijl.

 


De lunch bestond uit een tajine met kofte en toe een fruitsalade met granaatappelpitjes.



Marokanen zijn opvallend beleefd en hun begroetingen hebben iets poetisch. Aleikum salaam betekend iets van gij zijt gezegend. Klinkt heel anders dan hoi!
Elke keer als Mustafa vertelt over iets wat we gaan doen begint hij met "inshalla". Als god het wil. 
Hij vertelde tijdens de 90 km lange rit  naar Rabat over de stad. Bijna 1 miljoen inwoners.

De geschiedenis van Rabat begint in de 3e eeuw voor Chr., met een nederzetting die Chellah heette en aan de oevers van de rivier de Bou Regreg lag. In het jaar 40 na Chr. veroverden de Romeinen deze nederzetting en veranderden die in een kolonie met de naam Sala Colonia. Rome behield de nederzetting tot 250 na Chr. toen Berberse vorsten Chella overnamen. Vanwege haar militaire betekenis gaf men in 1170 de naam Ribatu l-Fath, wat ‘bolwerk van triomf’ betekent.

Yaqub al Mansour, een kalief van de Almohaden, verplaatste de hoofdstad van zijn rijk naar Rabat. Hij was het die de stadsmuren en de Kasbah van de Udayas (’s werelds grootste moskee) bouwde. Maar Yaqub stierf voortijdig en de overblijfselen van de onvoltooide moskee staan er tot op de dag van vandaag. In 1912 bezetten de Fransen Marokko en besloot generaal Hubert, de Franse officier die de leiding had, om de hoofdstad van Fes naar Rabat te verplaatsen. In 1956, toen Marokko de onafhankelijkheid verkreeg, besloot koning Mohammed V om Rabat hoofdstad te laten blijven.

Rabat heeft een tweelingstad aan de andere kant van de rivier ligt Saleh. 


We gingen eerst een paleis van de koning bekijken. Hij heeft er ruim 50 en deze worden allemaal gebruikt voor staatsbezoeken e.d. Hij woont er  niet, maar komt er alleen op bezoek.



Neemt niet weg dat er een legertje wachten staat, voor elke militaire discipline eentje. In de zomer anderhalf uur op en af, in de winter is dat 2 uur. We mochten niet verder lopen dan de ketting gespannen aan de iverkant van de weg, dus dan maar inzoemen.


Dit is de minaret van de onvoltooide moskee. Hij is blijven steken op een hoogte van 44 meter en overleefde amper een verwoestende aardbeving in 1755 met een 9 op de schaal van Richter. Momenteel huizen er torenvalken in die me daar een herrie maken, niet normaal zeg.



Voor de ingang stonden 2 wachten te paard. Ze reden net weg. 5 minuten na zonsondergang zit hun werk erop.


Nog een gedeelte van de oude muur.


Aan de andere kant stond staat het mausoleum van Hassan de vijfde, de grootvader van de huidige koning. Hier zijn ook zijn vader en oom bijgezet en er is nog ruimte voor hemzelf en zijn broer.





8 van deze wachters stonden er, 4 binnen in elke hoek, 4 buiten aan elke kant eentje.


De rechtse he.

We reden verder naar ons hotel Bouregreg in hartje Rabat, aan een zeer drukke straat waar de handen van de automobilisten de claxon geen moment loslaten. 
Naar buiten kijkend vanaf het balkon zagen we dit tafereel. Gebedstijd.





1 opmerking: