dinsdag 27 januari 2015

Tunesië, dag 4




Dinsdag, 27 januari 2015

Na Nog een laatste blik op de hal van onze gevangenis werden we weer in vrijheid gesteld

Buiten konden we nog even een authentieke Tunesier fotograferen in zo'n typisch kledingstuk.


Op naar Sbeitla, een oude vestingstad en de meest zuidelijk gelegen grote Romeinse stad. Ver voor onze jaartelling gesticht en na de ineenstorting van het Romeinse en Byzantijnse Rijk verlaten en opgeslokt door de woestijn. De tempels op het forum behoren tot de best bewaard gebleven tempels ter wereld.


Laatste Romein, Ludovicius, voor de poort van Antonius Pius, die toegang geeft tot het forum.


Lokale mensen, die het ook koud hebben.
Het waaide zo hard op de open vlakte dat je achterover kon hellen zonder om te vallen.


Na deze opgraving reden we verder richting lunch adres. Er zijn 2 mensen die nooit met ons mee lunchen, maar elka ochtend een zak vullen met broodjes, yoghurtjes e.d. En dan ergens buiten lunchen. Dit keer waren ze alvast gaan lopen in de richting waar we heen moesten, zodat de bus ze onderweg kon oppikken. Onze gids wist van niks, dat hadden ze met de chauffeur afgesproken. Typisch. Onze groep is qua leeftijd heel gevarieerd. De oudste is een alleenstaande vrouw van 74, de jongsten zijn 2 vriendinnen van 21.
Lotfi onze gids heeft Engels en Arabisch gestudeerd en praat daarnaast vloeiend Frans en Nederlands. Hij houdt er van om met taal te spelen, woordgrapjes, eigen vondsten, de man heeft humor.


Het landschap was zo'n beetje heel veel van hetzelfde. Met af en toe een waarschuwingsbord.



Daar liep er eentje en aan de overkant nog meer. Dromedarissen zijn allemaal gedomesticeerd en zijn van een boer. Maar de kuddes mogen vrij rondlopen met een dominant mannetje erbij.
Dromedarissen leven in warme woestijnen, terwijl kamelen doorgaans in koude woestijnen leven. Wist ik niet.


We reden richting Tozeur, de belangrijkste stad van de omgeving en een van de mooiste oases van het land met duizenden dadelpalmen en vele vijgen, bananen en granaatappelbomen. Maar eerst gingen we een palmerie bezoeken. Met paard en wagen werden we er naar toe gereden.


Een medewerker of misschien wel de eigenaar in gesprek met onze gids.


Heel erg Beverly Hills toch?


Deze man was 74 en klom als een aap de boom in. Onderwijl grapjes makend en met losse handen in evenwicht blijvend. Dit zijn dadelpalmen. Ze worden nog steeds zo geoogst. Boven aangekomen moet de tak waar een tros dadels aan groeit doorgezaagd worden, wat lastig is, want het is zeer sterk hout.


Actieman!


Na de rondleiding reden we terug met de paard en wagens en kreeg ik van de koetsier een mooie roos. Hoppa, moeders had haar toyboy.
Voor de groente markt stapten we uit en hebben we al het groente en fruit eens bekeken.
Wat heel erg opviel was dat er alleen maar mannen inkopen doen.


Hoe herken je een slager die rundvlees verkoopt? Vrij duidelijk hè? 


De bus bracht ons even verderop naar de medina van Tozeur. We wandelden op ons gemak door de oude straatjes met de typische kleine bakstenen op de muren. Dat noemen ze ook stenen van Tozeur.
Het wordt alleen daar gemaakt.


Ergens in de medina woonde een vriend van Lotfi en toen hij hem riep kwam Nasser even naar buiten om gedag te zeggen.


En nu zitten we in het hotel. We moesten via de tuin naar onze kamer. Een grote kamer, met aparte wc, badkamer, slaap en zitgedeelte. En de stenen van Tozeur boven ons bed.

















Geen opmerkingen:

Een reactie posten